VLADIMIR MAJAKOVSKI en EL LISSITZKY
Voor de stem
vertaald door Marja Wiebes en Margriet Berg
nawoorden van Majakovski-biograaf Bengt Jangfeldt en Lissitzky-kenner Willem Jan Renders (Van Abbe Museum)
Cassette met een facsimile van het Russische origineel (64 pagina's) en een boekje met de Nederlandse vertaling en toelichtingen (64 pagina's)
nummer 44 | 2012
750 exemplaren | 2 x 64 p | 13,3 x 18,8 cm
ISBN 978 90 79020 17 1
uitverkocht
Selectie Mooi Marginaal 2012-2017
Kunstenaars zijn gewoonlijk te veel individualist om samenwerking te overwegen of tot een succes te maken. Toch zijn er ook op deze regel uitzonderingen. In het revolutionaire begin van de vorige eeuw bijvoorbeeld beving menig artiest een coöperatieve koorts die soms tot heel bijzondere resultaten heeft geleid. Een van deze gelukkige uitzonderingen is zonder meer de samenwerking tussen de dichter Vladimir Majakovski en de beeldend kunstenaar El Lissitzky. Dlja golosa (Voor de stem) is de titel van een van de meest geslaagde typografische experimenten van het Russisch constructivisme.
Dertien gedichten van Majakovski werden 'geconstrueerd' door Lissitzky in zijn hoedanigheid van boekontwerper en -vormgever. Om de gedichten, die bedoeld waren om voor te dragen, gemakkelijk te vinden, paste Lissitzky een zogenaamd duimregister in het boek toe. Bovendien ontwierp hij voor elk van de gedichten een aparte titelpagina. 'Mijn pagina's staan tot de gedichten in ongeveer dezelfde verhouding als een piano tot de viool die zij begeleidt', aldus de kunstenaar.
De oorspronkelijke uitgave verscheen in 1923 bij de in Berlijn gevestigde uitgeverij Nakanoene, die op goede voet stond met de jonge Sovjetstaat, en werd door Majakovski zelf bekostigd. We kennen het werk van Lissitzky voornamelijk achter glas aan de museumwand; het is een héél andere kunstzinnige gewaarwording om nu een specimen van zijn sublieme typografisch kunnen in de hand te kunnen houden.
Marja Wiebes en Margriet Berg vertaalden de futuristische gedichten in het Nederlands. Hun vertaling is in een apart boekje opgenomen zodat het Gesamtkunstwerk er niet door verstoord wordt. In twee nawoorden wordt ingegaan op de poëzie van Majakovski - door zijn biograaf Bengt Jangfeldt - en het unieke grafisch ontwerp van Lissitzky - door de kunsthistoricus Willem Jan Renders, medewerker van het Van Abbemuseum. Daarmee is een zeldzaam collectors item binnen het bereik gekomen van ieder die zich voor typografie én poëzie interesseert.
Deze uitgave is een coproductie van Huis Clos, het Van Abbemuseum en Drukkerij Lecturis in Eindhoven.
REACTIES
Bespreking door Yves Joris op de site van Meander, literair e-zine
Het roepen, het bulderen en daarna het schuldbesef en de vernietiging. Ziehier het leven van Vladimir Majakovski. Wie Een leven op scherp: de legendarische dichter Vladimir Majakovski 1893-1930 gelezen heeft, weet hoe corrupt en afstotelijk de Russische dichter was. Toch is en blijft zijn poëzie fascinerend - niet daardoor.
In het begin van de 2oste eeuw is in Rusland alles gebeurd, die eeuw zal een eeuw lang op die artistieke eruptie blijven teren. De toenmalige boeken werden op een vernieuwende manier gedacht en uitgegeven. De letters en de woorden konden een eigen ritmiek krijgen; inhoud en beeld vulden elkaar aan. Zelden is de materialiteit van de taal zo uitdrukkelijk gerealiseerd. Er werd toen veel geroepen (later vooral gekermd). Het was dankbaar (en relatief gemakkelijk) om die nadruk, dat lawaai in de typografie vast te leggen.
Majakovski werkte voor de bundel Voor de stem samen met El Lissitzky, ook niet helemaal vrij te pleiten. De eerste regels luiden: 'Aangetreden, voorwaarts mars! / Hier geen plaats voor fraaie clausen. / Stil nu, sprekers, hoort!' Er is dynamiek en dreiging van geweld. De oude poÎzie heeft afgedaan, geen mooie frasen meer maar duidelijke, eenduidige bevelen. Marcheren zal men. (Het mag niet en toch is het onvermijdelijk dat je deze poëzie leest met de lotgevallen van Achmatova, Boelgakov, Mandelstam, Brodsky en zoveel anderen in het achterhoofd.)
De beelden zijn soms verrassend, Majakovski wás natuurlijk wel een dichter. 'Regenboog, breng in de pas / de vliegende paarden van tijd.' Of: 'Alleen de aarde / snikt met hees stemgeluid, / strooit met haar sneeuwstormen waanzinnige vloeken uit, rukt / met haar wind de sneeuwwitte haren / van wegen en rivieren uit.'
Uitgeverij Huis Clos heeft een tweedelige uitgave gemaakt. Er is een zelfstandige facsimile van de Russische uitgave, compleet met 'tabs'. De inspiratie hiervoor waren de kasboeken die door het systeem van tabbladen handige gebruiksinstrumenten waren. Ook voor Majakovski had dit een praktisch nut. Deze gedichten werden veelal voorgelezen (gebruld) en het was handig om direct naar het gedicht te kunnen gaan, in plaats van te bladeren en te zuchten als een echte dichter. Het tweede boekje is de Nederlandse vertaling van de gedichten door Marja Wiebes en Margriet Berg. In een nawoord worden dichter en boekvormgever geduid.
Johan Velter in De Poëziekrant nr. 4, juni/juli 2013
'Voor de stem' is niet om te lezen, het is om te horen en te zien. Er doemen geluiden op terwijl je ogen over de pagina's dwalen: het gekerm van locomotieven, piepende fabrieksfluiten en uit de verte nocturnes op regenpijpen. De stem spreekt de tijdsgeest van het interbellum doorspekt met het vooruitgangsdenken. Een nieuwe tijd en revoluties, maar vooral ook de fascinatie voor machines. De Nederlandse uitgave van 'Voor de stem' bestaat uit twee boekjes. Eenmaal de vertaling met twee korte beschouwingen en eenmaal een facsimile-uitgave van de originele Russische gedichten van Vladimir Majakovski in de vormgeving van El Lissitzky. Als 'Dlia Golosa' verscheen het in 1923 bij de Berlijnse drukkerij Lutze & Vogt. De vormgeving van Lissitzky is prachtig en de dubbele uitgave door Huis Clos had niet anders en niet beter gekund. Hoewel de gedichten In de facsimile-uitgave onbegrijpelijk zijn, tenzij je de Russische taal beheerst, zijn ze schitterend om te zien. Lissitzky speelt met lettertype, lettergrootte en abstracte vormen, zoals zijn 'Versla de witten met de rode wig' uit 1919. Er vaart echter ook een zeilschip voorbij, een hamer en sikkel en het wijzende dada-handje. Het typografische spel is niet alleen een aardige versiering, het moet de betekenis en de waarneming van de tekst verscherpen. Typografie en tekst versterken elkaar en kunnen derhalve niet zonder elkaar. Lissitzky vergelijkt zijn werk als volgt: 'Mijn bladzijden staan in dezelfde relatie tot de gedichten als een begeleidende piano tot een viool'. De muzikale analogie is kenmerkend, in 'Bevel Nº 2: Aan de legers van de kunsten' schrijft Majakovski: 'En terwijl wij twisten, talmen, / Naar verborgen inhoud vorsend, / Hoor je door de dingen galmen: / "Geef ons nieuwe vormen"!' De schrijver en graficus zijn op zoek naar nieuwe uitdrukkingsvormen, nieuwe manieren om hun gedachten over te dragen. In de samenwerking is dat zeer beeldend uitgewerkt en het geluid uit die tijd klinkt door uit de gedichten. De futuristische liefde voor het lawaai van fabrieksmachines, het geruis van oorlogstuig op het slagveld en de snelheid van automobielen is in een manifest opgetekend door Filippo Tommaso Marinetti. Luigi Russolo - ontwerper van de intonarumori, lawaaimachines - schreef in 'L'arte dei rumori' over die geluiden dat 'we oneindig meer genoegen vinden in het voorstellen van combinaties van het lawaai van trams, knallende auto's en luide menigten dan in het nogmaals luisteren, bijvoorbeeld, naar de heroïsche of pastorale symfonie?' De dertien gedichten zijn bedoeld om voor te dragen: voor de stem. Het bundeltje is uitgerust met een duimregister om de gedichten snel te vinden en op elke gelegenheid te kunnen declameren. De typografie probeert dit voor de lezer visueel te versterken: de gedichten schallen zonder voordracht van de pagina's. De nieuwe poÎtische vormen die Majakovski en Lissitzky zochten, hebben ze gevonden in beeld en geluid. De gedichten ruiken naar verse inkt en klinken als een ronkende auto die voorbijrijdt als een mitrailleur.
Gonzo (circus) nr. 114, maart-april 2013
Olaf Tempelman in de Volkskrant, 16 maart 2013
Alexander van Grevenstein in Dagblad De Limburger, 20 maart 2013
Guus Luijters in Het Parool, 30 januari 2013
Laura Starink in NRC, 25 januari 2013
Bespreking door Merijn Schipper op de site 8WEEKLY
Bespreking door Maarten Buser op de site CultuurBewust.nl
Het mooiste boek bestaat uit twee boeken, in cassette uitgegeven door marge-uitgever Huis Clos en vormgegeven door meesterontwerper Piet Gerards. Het eerste deeltje is een schitterend fascimile van de originele Russische editie van Dlja Golosa, oftewel Voor de stem uit 1923, een uniek samenwerkingsproject van Vladimir Majakovski en El Lissitzky, gebaseerd op een van de nog weinige bestaande exemplaren, uit de bibliotheek van architect J.J.P. Oud. Het tweede deeltje bevat de vertaling van de poëzie van Majakovski plus enkele begeleidende artikelen. De facsimile-uitgave geeft een uniek beeld van het revolutionaire optimisme uit die dagen. Alles aan deze uitgave is glashelder, strak en eenduidig, maar het danst, knalt en golft in zwart en rood over de pagina's ter ondersteuning van Majakovski's woede. Het 'Gespuis' hoeft niet op clementie te rekenen: 'Luister naar dit wolvengehuil,/ nauwelijks als een poëem vermomd!/ Breng mij hier de allervetste,/ de allerkaalste./ Bij zijn kraag/ druk ik hem op de Voedselhulpverslagen./ Kijk.' Lissitzky maakte er ten behoeve van de declamator een duimregister in, zodat hij niet lang naar het gewenste, in Cyrillisch schrift gedrukte gedicht hoefde te zoeken.
Cyrille Offermans in De Groene, 20 december 2012
Frans A. Janssen schreef in De Boekenwereld 29-5 over facsimile's, waarbij hij de oorspronkelijke uitgave van Dlja golosa (Voor de stem) vergelijkt met verschillende facsimile's. Zie hiervoor Letterspijs.pdf.